In gesprek met… Masterchef-kandidaten Robert en Olivier

Robert en Olivier - Masterchef Nederland

Op een dinsdagavond stappen we restaurant Noir aan de Lange Nieuwstraat binnen. We bestellen onze wijn en laten onze ogen wennen aan het donkere, maar sfeervolle interieur. Niet veel later wordt er een Swap-fiets voor de deur gezet. Masterchef-finalist Robert komt vrolijk binnenlopen. Kort daarna schuift ook kandidaat Olivier aan. Wat volgt is een avond vol goede gesprekken en veel speciaalbier.

Tekst/beeld: Nadia Khaleghi en Kiki Mossink

Laten we beginnen bij het begin: waar komt jullie passie voor koken vandaan?
Bij Robert blijkt de passie met de paplepel te zijn ingegoten. “Mijn ouders en grootouders koken ontzettend graag. Er wordt regelmatig uitgepakt. Bij ons thuis was er geen vaste patat-, gehakt- of visdag.”

“Mijn eigen liefde voor eten begon met een Nintendo DS spelletje. Je had van die hackable R4-kaartjes waar je van alles op kon zetten. Ik was een jaartje of veertien en kwam in aanraking met een soort kookspelletje. Eigenlijk was het meer een kookboek. Ik kwam in aanraking met gerechten van over de hele wereld en besefte dat overal anders wordt gegeten. Ik wilde er meer over weten, dus ik verdiepte me en bracht mijn kennis in praktijk in keuken van mijn ouders.”

Olivier z’n liefde voor koken ontstond eigenlijk uit gemak. “Ik at veel en vaak. Op een gegeven moment wilde ik dat lekkere eten van ‘buiten de deur’ ook zelf maken. Het eerste gerecht dat ik maakte was melanzane alla parmigiana. Het is nog steeds een van mijn favorieten. Ik kwam erachter dat het geheim vooral heel veel boter en zout is. Ik werkte aan mijn technieken, maakte veel kook-uren en verbreedde mijn productkennis.”

Bij welke (Utrechtse) restaurants hebben jullie je eerste horeca ervaring opgedaan?
Olivier: “Ik kom uit Utrecht en begon bij dé studentenkroeg De Beurs. Ik werkte op vrijdag en zaterdagavond. Je kunt wel raden hoe die avonden eindigden, dus op zondag was ik vaak brak. Ik moest dan met mijn kater naar mijn tweede bijbaan bij De Rechtbank. Uiteindelijk was het praktischer om op zondag ook gewoon bij de Beurs te werken. *Mijmert even weg* Het waren mooie tijden.”

Robert begon toen hij nog bij zijn ouders woonde als afwasser van een Rotterdamse jachtclub. “Ik waste af bij een vrij chique tent en raakte geïnteresseerd in wat er in de keuken gebeurde. Het werd zelfs bijna een obsessie. Mijn collega’s hadden uiteindelijk ook wel door dat ik meer van koken wilde weten, dus kon ik aan de slag als hulpkok. Toen ik in Utrecht ging begon ik bij Firma Pickles, Luc en ik heb op een blauwe maandag bij Holland Casino in de bediening gestaan. Inmiddels werk ik in de keuken bij Willem aan het Willem van Noortplein.

Robert, jij wordt ook wel eens ‘de lopende encyclopedie’ genoemd. Hoe komt dat?
“Mensen zeggen dat ik Youtube heb uitgekeken, omdat ik altijd en overal filmpjes over koks, koken en eten kijk. Laatst keek ik filmpje van een man die schitterende messen maakt van oude sleutels. Al die theorie sla ik op in mijn hoofd. Binnenkort hoop ik dit allemaal in de praktijk te kunnen brengen. Misschien wel tijdens een stage of reis door Japan of Korea.””

Wat zijn jullie ervaringen met culinair Utrecht?
Olivier: “Ik heb hele mooie herinneringen aan de eerste keer dat ik op hoog niveau uit eten ging. Mijn oom nam me graag mee naar chique restaurants en zo kwamen we bij Wilhelminapark terecht. Ik keek mijn ogen uit. Het bier werd in een wijnglas geschonken en er liep iemand met me mee naar de wc. Later zijn we ook een keer bij Karel V gaan eten. Ik vond het zo ontzettend bijzonder. De dessertwijn van Karel die naar frisse lychee smaakte zal ik ook nooit meer vergeten.”

“Het fijne van Utrecht vind ik dat er geen pretentieuze zaken zijn. Het is hier oprecht gezellig. Ik weet nog dat ik enorm heb genoten van de bruchetta bij Casa di David. Ook ging ik graag naar Bigoli of een ijsje halen bij Roberto. Podium had ik heel graag willen eten, ik kende de sommelier, maar dat is niet meer gelukt.”

En jij Robert, hoe ervaar jij de culinaire kant van Utrecht?
Robert: “Tja, als student ga ik niet zoveel uit eten. Als ik iemand mee op date zou nemen? Dan zou ik zelf uitgebreid koken haha! En uiteraard eindigen met een chocoladedessert. Maar Bigoli ken ik ook zeker, en Simple. staat hoog op mijn lijstje. Niet in Utrecht, maar wel op mijn lijstje: Arpège van Alain Passard. Ik vind hem echt waanzinnig en een pionier op het gebied van vegetarisch koken. En zo zijn er nog wel meer topzaken waar ik graag heen wil.”

Toekomstplannen
Binnenkort gaan de heren beiden stagelopen bij Restaurant Aan de Poel** van Masterchef-jurylid en sterrenchef Stefan van Sprang. Robert opent in augustus een pop-up restaurant en is bezig met een vriend gefermenteerde producten (o.a. kimchi) te maken en van plan deze te verkopen aan restaurants. Olivier is momenteel nog druk als eigenaar van een investeringsfonds voor start-ups, maar is in de weekenden volop aan het koken als privé-chef en heeft grootse kookplannen wanneer zijn project bij het fonds klaar is. Op Instagram kun je hun kookavonturen volgen via: @robertkraamwinkel en @olliesmeals

Zo te merken kunnen Robert en Olivier nog uren blijven praten. De jonge Masterchefs glunderen van oor tot oor wanneer ze het hebben over eten, goeie koks, toprestaurants, snijtechnieken, verschillende bereidingswijzen en smaakcombinaties. En dat hebben we ook gedaan, tot diep in de nacht. We spreken af ze over vijf jaar weer te treffen om te kijken welke culinaire dromen zijn uitgekomen!

Delen

Meer verhalen

Pint Maarten

Op vrijdag 11 november vieren wij Pint Maarten, een initiatief van De Horecaburgemeester om het feest (en de optocht) van Sint Maarten op die dag

Utrecht nacht

Daar ben je weer, stad

Daar ben je weer… Terug van weggeweest. Waar was je al die tijd?Onze Domtoren ging al in quarantaine, ingepakt en wel. Dacht je: wat hij

Lieve horeca,

De horeca. Je kunt er eigenlijk nooit écht afscheid van nemen. Noreen Kaland schrijft in haar column over haar liefde voor de horeca.

De Tien Horeca Geboden

Jullie zitten nog geen vijf minuten of je kunt al door de grond zakken van plaatsvervangende schaamte door het gedrag van je tafelgenoot. In deze column van Noreen Kaland tien dingen die je beter niet kunt zeggen of doen in de horeca.