In Utrecht is onze man-vrouwverhouding scheef. Logischerwijs werken er in de horeca dus ook meer vrouwen dan mannen. Toch staat deze laatste groep vaker in de spotlight. Tijd voor een ode aan de vrouw; de horecavrouw!

Tekst: Kylie Fletcher
Beeld: Sophie van der Kroon

Saskia Colenbrander (25) is bedrijfsleider van Club Poema. Bijzonder: naast deze baan is ze ook pedagogisch medewerker op een bso (buitenschoolse opvang). “De horeca zit in je lijf. Het contact met mensen, de ontspannen sfeer. Gasten komen voor een leuke avond en jij bent deel van die beleving. Werken in een club is stressvol, maar vooral het onverwachtse van zo’n nacht, daar haal ik zoveel energie uit. Met collega’s plezier maken en ondertussen keihard werken. Geen dienst is hetzelfde. Na mijn afstuderen ben ik bij de bso terechtgekomen. Ik werkte al bij de Poema, dus dat bleef ik ernaast doen. Ik ben letterlijk in deze functie gerold. Via de lockers en de bar naar allround medewerker, totdat ik uiteindelijk bedrijfsleider werd.”

“Ik werk al vanaf mijn vijftiende in de horeca. Toen nog bij een pannenkoekenhuis, voor nog geen €2,50 per uur. Ondertussen zit ik bijna vijf jaar bij de Poema. Ik vlieg op een avond letterlijk van hot naar her. Als het rustig is, kak ik in. De combinatie van een dag- én nachtbaan is natuurlijk wel wat. Het fijne aan een bso is dat deze pas in de middag opengaat. Ik kan ‘s ochtends in de Poema administratie doen en ‘s middags naar de bso. Zo vloeit het in elkaar over. Als ik een nacht gedraaid heb, ben ik de volgende dag vrij. En ik werk de weekenden afwisselend.”

Vrouw & horeca

“Soms is het vervelend om in mijn positie jong en een vrouw te zijn. Mensen verwachten niet dat ik bedrijfsleider ben. ‘Zo’n jong poppetje’. Dat is jammer, ik run wel een zaak voor ruim zevenhonderd man. Maar niet alleen. Het geeft een heel bevredigend gevoel dat je een goed team achter je hebt. Maar als het moet sta ik zeker mijn ‘mannetje’. Misschien krijg je als vrouw wel meer voor elkaar, doordat je dingen ‘vriendelijker’ aanpakt. Ook ben je toegankelijker: ik merk dat wanneer personeelsleden of gasten ergens mee zitten, ze sneller bij mij hun hart komen luchten, dan bij mijn mannelijke collega. Later wil ik misschien wel een eigen zaak. Ik heb veel respect voor jonge ondernemers die het lef hebben om hun eerste tent te openen. Mensen die met passie hun werk doen en daar hun energie uithalen. Want ondanks dat je gesloopt bent na een dag werken, je komt met een voldaan gevoel thuis. Ik denk niet dat ik de horeca ooit echt vaarwel zal zeggen. Het zit onder je huid. Dat gevoel gaat nooit weg.”


Club Poema
Drieharingstraat 22, Utrecht
Website